Bolivia: Bikkelen

  • Beginstand kilometerteller: 88.123 Km
  • Huidige kilometerstand : 164.114 km
  • Totaal afgelegde kilometers: 75.991 km
  • Aantal dagen onderweg: 916 dagen
  • Huidige locatie: Puno, Peru
  • Laatste update: 14 juni 2018

Midden op het plein in Putre verving Ralph de 2 cilinders.

Het zat ons in het vorige reisverhaal niet mee en dit leek nog eventjes door te zetten nadat we panne hadden vanwege lekkende koppelingscilinders.
We vermoedden de verkeerde cilinders opgestuurd te hebben gekregen. Na een middag en ochtend hard werken, bleek het mankement namelijk niet verholpen. We gingen daarom op zoek naar een monteur, maar die was er helemaal niet in dit hooggelegen Andes-dorpje! Gelukkig was er wel een dorpsbewoner met een MacGyver-oplossing: Teflon (een soort tape) bleek voldoende om ons weer ‘back on the road’ te krijgen!

We maken een mooie wandeling door het Lauca Nationaal Park.

Voor Pietertje was het na zijn herstel opnieuw bikkelen op grote hoogte. Maar net als ons lijkt ook hij hier steeds meer aan gewend en doet hij het, weliswaar langzaam èn met veel (héél veel) rook, goed.
Ook voor ons zou het tweede bezoek aan Bolivia bikkelen worden. Bikkelen op verschillende fronten.


We klommen verder de Andes in en bezochten er het mooie Nationaal Park Lauca, waarna we Chili definitief achter ons lieten. De eerste meters na de grensovergang konden we direct merken weer terug in Bolivia te zijn, het lag er bezaaid met afval.

Zonsondergang vanuit onze kampeerspot – Sajama national park (Bolivia)

Net over de grens bezochten we natuurpark Sajama, dat relatief weinig bezocht wordt door toeristen. Dit zal ongetwijfeld in de toekomst toenemen, want het is er prachtig. En voor ons was het helemaal een bijzonder park, omdat we met onze auto toegang hadden tot een geiserveld en een heet-water-riviertje waarnaast we konden kamperen. Dat deden we dan ook drie nachten.

Sajama national park (Bolivia)

Bikkelen naar grote hoogte
De warme rivier was een verademing, omdat het ’s nachts flink vroor op deze hoogte (4.400 meter). Het ijs was weer volop aanwezig binnenin de auto!
Ook na een pittige hike die ons naar 5.000 meter hoogte bracht (ok, Janneke tot 4.963 meter, Ralph liep nog even door om de 5.000 aan te tikken en haalde zelfs 5.023 meter), was het heerlijk om na terugkomst direct in een warm bad te kunnen springen.

Even lekker opwarmen.

Onze volgende bestemming, de miljoenenstad La Paz, ligt in een indrukwekkend diep dal. Als je aan de rand staat, kijk je 400 meter recht naar beneden met uitzicht over de hele stad. De stad ligt zo diep, dat de straten er ontzettend steil zijn. Mensen die niet uit La Paz komen, willen hier dan ook niet rijden en wij dus absoluut ook niet! We kampeerden daarom net buiten de stad, op het bewaakte parkeerterrein van het internationale vliegveld.
Via een prachtige, steile rit met de kabelbaan konden we dagelijks de 400 meter lager liggende stad bezoeken. Eigenlijk was deze rit ook meteen het hoogtepunt. Behalve een aantal leuke markten en een bezoek aan een worstelwedstrijd van de inheemse Cholita dames is er weinig bijzonders te zien.

Een voetbalkaartje is niet nodig, gewoon met de kabelbaan gaan en je hebt perfect zicht!

De foetussen van lama’s brengen volgens de Bolivianen geluk wanneer je ze onder een nieuw te bouwen huis begraaft. Net als een pak melk koop je ze gewoon in de winkel!

Bikkelen in de kou
Omdat we al een poos op extreme hoogte verblijven, is het dus ook al een poos ’s nachts flink kou lijden. In La Paz hadden we zelfs een aantal dagen sneeuw en ook de 6 lagen nachtkleding kon Janneke niet van het bibberen afhouden. We hebben wel een verwarming, maar die doet het jammer genoeg alleen tot 2.000 meter hoogte. In Nederland niet zo’n probleem, maar hier duidelijk wel…. We verlangden dus echt naar een beetje warmte.

O.a. op het plafond en onderaan het raam zie je het ijs zitten.

Bikkelen op Death Road
Eerst zochten we de warmte op door de meest gevaarlijke weg ter wereld, de zogenaamde “Death Road” per mountainbike af te gaan crossen! Vanaf 4.700 meter hoogte, in de ijzige kou en omringd door sneeuw, daalden we af over de hobbelige en op sommige punten zeer smalle en steile weg om uiteindelijk uit te komen op 1.100 meter hoogte in het tropische regenwoud. Wat een avontuur, zeker als je alle kruisjes langs de kant van de weg ziet van de velen verongelukte mensen. Desondanks was het niet zo eng als vooraf gedacht. De dag erna zouden we een veel engere weg rijden, wat we gelukkig vooraf niet wisten.

Start van de DEATH ROAD!!


Bikkelen in de bus
Samen met onze Franse “buren” Elise en PJ, die net als ons ook met hun overland-busje op het vliegveld kampeerden en met wie we al een week hadden opgetrokken, besloten we de kou te ontvluchten en een 3-daagse jungle (“Pampa”)-tour te gaan doen in de Amazone-bekken van Bolivia. Hier is het klimaat tropisch en daar waren we alle vier aan toe. Omdat de weg er naartoe, zo’n 400 km, in slechte staat is en een gedeelte overdag afgesloten is, besloten we per bus te gaan. Liever een ervaren buschauffeur ’s nachts laten rijden dan wijzelf. Zelf zou het ons 2,5 dag kosten, terwijl de bus er “maar” zo’n 14 uur over zou doen. En de busreis was zo spotgoedkoop dat we zelf nooit voor dat geld hadden kunnen rijden.
Het beloofde een engere rit te gaan worden dan de Death Road…

Het aanzien van de bussen gaf ons al de kriebels. Bumpers en motorkappen ontbraken. Ze leken wel uit de jaren ’60 te komen. Onze bus kwam maar niet opdagen, want er was schijnbaar geen chauffeur! Na 2 uur vertraging was er dan eindelijk een chauffeur opgetrommeld.
We betaalde extra voor een zitplaats helemaal vooraan. Extra beenruimte en goed zicht, dus wij waren blij. Maar dat goede zicht bleek uiteindelijk toch niet zo fijn te zijn, want we konden daardoor heel goed zien hoe ontzettend eng sommige stukken waren. Slechte wegen zijn we inmiddels wel aan gewend, zo ver je daar als Europeaan aan kan wennen. Maar het was soms zo smal en de afgronden zo diep, dat Janneke het niet meer uithield. Vooral toen de bus achteruit moest rijden om een paar tegenliggende vrachtwagens voor te laten. De chauffeur en de bijrijder hebben er een kwartier over gedaan om de bus in het pikkedonker zo dicht mogelijk langs de afgrond te parkeren zodat de tegenliggers konden passeren. En Ralph lag ondertussen gewoon te pitten!

Bikkelen in de jungle
De jungletour was geweldig. Omdat het omgerekend maar 85 Euro kostte voor de 3-daagse tour, inclusief 2 overnachtingen in een lodge, eten en een gids, verwachtten we er niet al te veel van. Maar alles was top geregeld. Per Jeep naar de rand van de jungle, wat eigenlijk meer een moeraslandschap is. Vervolgens per boot naar de lodge, die zich op palen boven het water bevond en waar de kaaimannen onderdoor zwommen! Heerlijk eten en verder drie dagen lang alleen maar prachtige wildlife spotten.
Terwijl je het ene moment nog op zoek bent naar anaconda’s (die we helaas niet hebben gevonden) en je vist op piranha’s (die we ’s avonds opaten), plons je vervolgens in hetzelfde gebied het water in omringd met roze rivierdolfijnen! Gelukkig waren er alleen dolfijnen en géén anaconda’s, kaaimannen en piranha’s!

Onze jungle lodge

Janneke ving 1 piranha(tje)

Bikkelen in de bus, again
De terugrit met de bus naar La Paz bleek ook weer enerverend te worden. Voor vertrek zagen we al de lekke achterband en een doorgebroken schokbreker. In plaats van dit te repareren, werd dit gedeelte omhoog gelift en dus reden we niet op 8 maar op 6 wielen!
Op 6 wielen bleek toch minder eng dan gedacht, waarschijnlijk omdat we deze keer niet vooraan zaten en dus niks zagen. Wel kregen we opnieuw midden in de nacht het doodenge tafereel met het achteruitrijden over een smal gedeelte langs een diepe afgrond, om ruimte te maken voor tegenliggers. Ook dat ging gelukkig weer goed, zelfs met 6 wielen.
De chauffeur wilde duidelijk graag snel naar huis, want stoppen voor een wc-beurt deed hij niet. Op verzoek van Janneke, die het echt niet meer hield, stopte hij toch even, midden op de weg. Hij wees naar de goot in het wegdek om te plassen. Maar omdat ze niet goed kon zien of er zich een afgrond naast bevond en ze niet de hele bus een extra bezienswaardigheid gunde, koos ze er voor achter de bus te gaan plassen. Terwijl Janneke achter de bus hurkte en vol in de schijnwerpers stond toen een auto passeerde, kwam de rest van de bus ook naar buiten en stonden we met 40 mannen en vrouwen langs elkaar midden op straat te plassen!
Helaas voor Ralph moest hij kort erna iets meer dan alleen maar plassen… Dus in haar beste Spaans legde Janneke uit dat Ralph ziek was en dringend een wc nodig had. Deze keer stopte de chauffeur wèl bij een wc, maar deze was gesloten zo vertelde hij. Ok dan….dus in plaats van ín het wc-gebouwtje zijn buikkrampen de baas te zijn, deed Ralph dit áchter het wc-gebouwtje! Deze keer hoefden de rest van de bus gelukkig niet!

Lake Titicaca omringd met besneeuwde bergen.

Niet meer bikkelen
Onze laatste bestemming in Bolivia was het mooie Titicaca-meer, waar we onze Franse vrienden opnieuw troffen. Het immense meer, ingeklemd tussen Bolivia en Peru, ligt op 3.800 meter hoogte en is daarmee het hoogst liggende meer ter wereld en het grootste van Zuid-Amerika. Al eeuwen lang is het voor de Andes-bevolking een heilige plek, want hier zouden de zon en de maan “geboren” zijn. We deden er drie dagen lekker rustig aan en besloten aan de Peruaanse zijde meer van het Titicaca-meer te gaan bekijken.

Zonsondergang inclusief wervelwind aan het Titicaca meer.

We hebben inmiddels afscheid genomen van het verrassend mooie en afwisselende Bolivia, waarbij we regelmatig het gevoel hadden een paar eeuwen terug te gaan in de tijd. We begrijpen goed dat het land steeds populairder wordt onder toeristen. Het leuke is dat er nog voldoende plekken zijn die nog niet ontdekt zijn door het massatoerisme en waar je zeker met je eigen vervoer optimaal van kan genieten.
De Bolivianen hebben, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de Argentijnen, niet ons hart gestolen. Regelmatig hebben we ze als nukkig en soms zelfs als onbeschoft ervaren. Ook vonden we het typerend dat we ze niet op hun woord konden geloven. Na tig keer de verkeerde informatie te hebben gekregen, trokken we alles in twijfel. Een klein voorbeeldje: tot 3 keer toe werd ons gezegd dat “over een half uur” de worstelwedstrijd zou beginnen, om tot slot te zeggen dat de wedstrijd al begonnen was, dit terwijl we in het stadion zaten en er geen worstelaar te bekennen was!
Natuurlijk waren er ook vriendelijke mensen, maar in zijn algemeenheid zijn ze in onze beleving een stuk minder toegankelijk, vrolijk en open dan de rest van de Zuid-Amerikanen. Gezien de armoede, hun primitieve bestaan en het feit dat ze in onze ogen vooral bezig zijn met “overleven”, verklaart voor ons wel waarom ze afstandelijker zijn.
Aan de andere kant hebben de Bolivianen ons wel geraakt met de kracht waarmee ze hun veelal zware, primitieve bestaan leiden en zwaar arbeid verrichten, óók de ouderen.
We genoten van de prachtige, kleurrijke traditionele klederdracht en bewonderden de vrouwen die hun baby overal in de draagzak op de rug mee naartoe namen. Kinderopvang is er alleen voor de rijken, maar dat belemmert de minder welgestelde Bolivianen niet in het uitvoeren van hun werk, want het kind gaat gewoon mee met de taxichauffeur, gids, marktkoopvrouw, herderin en winkelier.

Met Bolivia kwamen we ècht in een ander land en vielen onze monden regelmatig open van verbazing. Je verbazen: ook dát is een mooi aspect aan het reizen.

 

This entry was posted in Reisblog, Zuid Amerika. Bookmark the permalink.

7 Responses to Bolivia: Bikkelen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *